Jaarstukken 2020

Leren, participeren en ondersteunen

Werk, inkomen, armoedebeleid & emancipatie

Wat heeft het thema gekost?

Toelichting noemenswaardige afwijkingen

  • BUIG Pwet uitkeringen (SD) Op de Participatiewet uitkeringen is een voordeel op de lasten van € 274.000  Door de coronacrisis nam het aantal bijstandsuitkeringen in de periode maart t/m juni sterk toe en is de begroting in de Perspectiefnota opgehoogd op basis van een stijging van 3% van het aantal bijstandsuitkeringen. Echter in de zomer nam het aantal uitkeringen af en in de herfst/winter volgde een kleine stijging, waardoor aan het eind van het jaar het aantal bijstandsuitkeringen circa 100 lager lag dan verwacht. Het lager aantal uitkeringen werkt ook door in de volgende jaren, waardoor uitgaven aan uitkeringen lager zullen gaan uitvallen.
  • Persoonlijk minimabudget (SD) Op dit budget is een voordeel op de lasten van € 100.000. Het aantal verstrekkingen individuele inkomenstoeslag is met 2% toegenomen in 2020 ten opzichte van 2019 en bedraagt circa 3.000. Echter in de aannames bij de nota minimabeleid werd uitgegaan van een hoger aantal verstrekkingen. Dit resulteert dat de kosten voor individuele inkomenstoeslag € 100.000 lager zijn uitgevallen dan begroot. De onderbesteding wordt ook voor 2021 verwacht. Vanaf 2022 is de onderbesteding onzeker. Mogelijk wordt een toename verwacht op het aantal bijstand gerechtigden die recht hebben op een individuele inkomenstoeslag als gevolg van corona.
  • Re-integratie regiodeal In het kader van de Regiodeal is vanuit het budget voor re-integratie trajecten een totaalbedrag van € 100.000 (voor 2 jaar) bestempeld als cofinanciering voor de Regiodeal. Hiervoor hebben nog geen uitgaven plaatsgevonden. Het budget wordt overgeheveld naar 2021. Deze post maakt onderdeel uit van het overhevelingsbesluit 2020-2021 (via de algemene reserve).
  • Uitkeringen TOZO (SD) Aan de batenkant van de TOZO-uitkeringen is totaal een voordeel van € 2,2 miljoen. Dit komt doordat de Rijksbijdrage voor TOZO € 1.050.000 hoger is dan de laatste raming/beschikking bij de 2e tussenrapportage. Dit bedrag is meegenomen in de overheveling naar 2021. Daarnaast is er € 141.000 aan inkomsten ontvangen van de gemeente Brielle als bijdrage voor de uitvoeringskosten TOZO. Voor de terugvorderingen in het kader van de TOZO is een bedrag geboekt van € 1.031.502.

Aan de lastenkant is enerzijds een nadeel van € 775.000 vanwege betaling aan uitvoeringskosten TOZO. Dit betreft zowel de gemeente Nissewaard als de gemeente Brielle. Hiervan heeft dus € 141.000 betrekking op de gemeente Brielle. Verder is er een voordeel op de lastenkant van circa € 1.307.000 doordat de uitgaven aan TOZO-uitkeringen lager zijn dan de raming bij de 2e tussenrapportage. Dit voordeel wordt ook meegenomen in de overheveling naar 2021 aangezien de TOZO doorloopt in 2021.

  • Dotatie voorziening (SD) Aan de voorziening dubieuze debiteuren moet een bedrag van € 420.000 worden toegevoegd (nadeel op de lasten). Dit komt vooral doordat er nieuwe openstaande TOZO-vorderingen zijn van ruim € 1 miljoen die voor 32% als dubieus worden beschouwd (totale toevoeging op basis van TOZO € 326.000). Daarnaast staat van het resterend openstaand debiteurensaldo nog relatief veel vorderingen open van 15 jaar of ouder. Deze worden als zeer dubieus gezien en hebben een hoog dubieus percentage van 85 tot 100%.
  • Beschut werken (SD) Op dit budget is een nadeel ad € 78.000 op de lasten. Het aantal personen dat valt onder beschut werken is in 2020 sterker gestegen dan verwacht. Aan het eind van 2020 waren er 27 personen met beschut werken en dit resulteert in een nadeel van € 78.000 op de loonkostensubsidies van beschut werken. Voor 2021 ligt de taakstelling op 53 en zullen de kosten voor beschut werken verder gaan toenemen.
  • Anderstaligen (SD ) Op de middelen voor het project Anderstaligen is een onderbesteding van € 125.000 (voordeel op de lasten). Hier zijn voor drie jaar middelen ter beschikking gesteld voor pilots, activiteiten en implementatie van beleid op anderstaligen. In 2021 zal hier een vervolg aan worden gegeven, waarna dit vanaf 2022 zal gaan vallen onder de Wet Inburgering. De middelen zijn overgeheveld naar 2021.
  • Wet Inburgering (SD) Op dit budget is een voordeel van € 169.000 op de lasten. Dit betreft de voorbereidingskosten voor de nieuwe Wet Inburgering. In het nieuwe inburgeringsstelsel krijgt de gemeente regie over de uitvoering van inburgering. De voorbereiding voor de implementatie van de nieuwe Wet Inburgering zal in 2021 starten. De middelen zijn overgeheveld naar 2021.
  • ESF Subsidie (SD) Op het ESF-budget is een voordeel op de lasten van € 170.000. Dit wordt veroorzaakt door minder inhuur dan geraamd. Het overschot op dit budget is meegenomen in de overheveling naar 2021, zodat voor dit bedrag nog in 2021 kan worden ingehuurd voor re-integratietaken . In 2021 worden geen nieuwe ontvangsten verwacht voor een ESF-subsidie ontvangen. Mogelijk dat vanaf 2022 een derde tranche volgt.
  • Reserve SD: Het saldo op de budgetten van het sociaal domein binnen het thema Werk, Inkomen, armoedebeleid en emancipatie wordt, volgens vastgesteld beleid, verrekend met de reserve sociaal domein. Per saldo is er, met betrekking tot het sociaal domein, geen resultaat in de jaarrekening.


Deze pagina is gebouwd op 08/02/2021 14:07:28 met de export van 08/02/2021 13:40:54